Weber wordt gezien als de grondlegger van de Duitse Romantische opera, maar ook zijn kamermuziek, inclusief die voor klarinet, wordt dikwijls als "opera op een kleinere schaal" beschreven. Weber ontmoette klarinetist Heinrich Baermann in 1810 tijdens een concert-tournee en werd meteen geïnspireerd door Baermann's virtuositeit op het instrument. Dit leidde snel tot een Concertino (op. 26), twee grootschalige Concerti (opp. 73 en 74) en een kwintet (op. 34). Bijzonder aan het relatief onbekende kwintet is het orkestrale karakter dat Weber bekomt met slechts vijf instrumenten. Het tweede deel is getiteld Fantasia, een gepaste naam gezien een overkoepelende structuur ontbreekt en het geheel meer lijkt op een recitatief dat zou kunnen dienen voor de sterfscène van de Prima Donna in een opera. Het is een bijzonder emotioneel en technisch uitdagend stuk muziek.
|